Teller

maandag 22 april 2013

22042013

Nog geen krant op de mat, maar ook zonder krant kan de dag voor mij beginnen. Gemakkelijker zelfs, want kom dan ook niet in de verleiding om er iets uit voor te lezen.

12 opmerkingen:

  1. Goedemorgen, in mijn kennissenkring kom ik ze wel vaker tegen, ze lezen geen krant, kijken niet naar de nieuwsprogramma's op tv, en weten alle nieuwtjes. Ik heb het ook geprobeerd, maar mijn nieuwsgierigheid is groter dan alles maar over me heen te laten komen.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Goedemorgen. Nog een weekje aan de arbeid en dan vakantie.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Wim Voorjaarsvakantie. De dagen tussen hemelvaart en pinksteren zijn altijd wel lekker om te snipperen omdat je dan sowieso 2 dagen kado krijgt. En met 30 April erbij gerekend 3

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Goedemiddag,

    En op 29 april een verplicht dagje vrij en je zit op rozen. Daarna in mei van de 23 werkdagen nog eens 8 vrij, heerlijk. En dan de borst nat maken voor juni, vanaf 15 juni volop bedrijvigheid op het ijsbaanterrein, start V.v.V. Zuidbroek feestweek 19 juni, eindigt zondag 23 juni. Ook in juni van de 20 werkdagen 15 produktief! Het gaat goed hier!

    BeantwoordenVerwijderen
  5. "Oud Nieuws?"
    De Kleine Media, uitgever van (digitale)gemeentegids van de Gemeente Menterwolde uit Schagen is vorige maand failliet verklaard.
    De activa (pand, inventaris, enz.) zijn overgenomen door LokaalTotaal BV.
    Dit bedrijf is op haar beurt sinds 1 januari 2013 overgenomen door Falkplan Holding.

    BeantwoordenVerwijderen
  6. Een klein beetje hulp voor alle Wsw'ers.

    Participatiewet: grote wijzigingen en uitgesteld tot 2015
    17-04-2013 12:53
    De invoering van de Participatiewet wordt met een jaar uitgesteld. Dat bevestigt het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. De participatiewet zou in 2014 worden ingevoerd, maar in verband met het sociaal akkoord is die datum niet langer haalbaar. Dit schrijft Binnenlands Bestuur
    Regeerakkoord

    Bij gemeenten, Sw-bedrijven en sociale diensten bestaan nog veel vragen en onduidelijkheden over de gevolgen van het sociaal akkoord. Ook op het ministerie is nog niet duidelijk wat er nu precies moet gebeuren met het door kabinet en sociale partners gesloten sociaal akkoord. ‘Duidelijk is wel dat een concreet gevolg van het sociaal akkoord is dat de Participatiewet per 1 januari 2015 in werking treedt en niet per 1 januari 2014 zoals in het Regeerakkoord stond’, aldus de woordvoerder van staatssecretaris Jetta Klijnsma.

    Raad van State

    Klijnsma heeft sinds haar aantreden hard gewerkt om het wetsvoorstel voor de Participatiewet te maken. Eind maart was het klaar en stuurde ze het ter advies naar de Raad van State. Wat er nu precies mee moet gebeuren, is nog niet duidelijk. ‘Het kan zijn dat dat even on hold moet of dat het teruggehaald wordt’, aldus de woordvoerder. ‘Maar dat er een aantal aanpassingen in zal komen, is zonneklaar.’

    Basis voor invoering verdween

    In het sociaal akkoord was al afgesproken dat de stop op nieuwe instroom in de Wsw uitgesteld werd van 2014 naar 2015. Ook stond er al in dat de veranderingen in de Wajong een jaar later doorgevoerd worden. Daarmee verdween de basis van de invoering per 2014. Of het uitstel van de Participatiewet gevolgen heeft voor de andere decentralisaties, is nog niet bekend. De veranderingen in de jeugdzorg en de Awbz stonden al voor 2015 gepland.



    zorghulpatlas

    BeantwoordenVerwijderen
  7. Ab,
    het Koningslied valt niet te stoppen...
    en zolang ik het niet behoef te zingen ben ik voor...,
    niet dat ik het mooi vind...
    of ook maar enigszins gepast...;
    Je kunt er van denken wat je wilt...,
    maar het resultaat verrast.

    En je wordt er mailig van...
    dit het zit in een doosje.

    BeantwoordenVerwijderen
  8. SOCIAAL AKKOORD: GROTE WIJZIGINGEN PARTICIPATIEWET
    16 apr 2013 2 reacties
    Van decentraal naar centraal
    De inkt van het sociaal akkoord is net droog, maar nu is al duidelijk dat de gevolgen voor gemeenten zeer groot zijn: zij raken hun individuele taken op het gebied van werk en inkomen grotendeels kwijt. Een overzicht van de belangrijkste wijzigingen.
    Hoofdlijnen Sociaal Akkoord
    Gemeenten, werkgevers en bonden verzorgen binnen de arbeidsregio vanaf 2015 samen de uitvoering rond loonvormend werk. Binnen die regio’s krijgen de werkpleinen een spilfunctie in arbeidsmarktbemiddeling voor alle mensen die kunnen werken.

    Alle mensen met een beperkte verdiencapaciteit kunnen terecht bij 35 Werkbedrijven. Een landelijke organisatie waarin UWV en CIZ opgaan, zorgt voor de indicering. Daarnaast komen er landelijke organisaties die de uitkeringen betalen en de uitvoering toetsen.

    Voor de individuele gemeente rest dan binnen het sociale domein de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de wmo, de (jeugd-)zorg en een stukje inkomensondersteuning via bijzondere bijstand, armoedebeleid en schuldhulpverlening.

    Vanaf 2016: 35 arbeidsmarktregio’s én 35 Werkbedrijven
    Vanaf 2016 is de besluitvorming over het lokale Sociale Zekerheidsbeleid in handen van 35 arbeidsmarktregio’s. Ook komen er 35 Werkbedrijven, waarin de huidige SW-bedrijven opgaan. Gemeenten hebben de lead bij de totstandkoming van deze bedrijven. De leiding daarvan delen ze vervolgens met werkgevers, werknemers en UWV. De Werkbedrijven worden op een commerciële manier geleid. Werkgevers financieren mee.

    In 2020 moet de hele verbouwing klaar zijn: 35 arbeidsmarktregio’s met regionale Werkbedrijven, onder tripartiet bestuur: wethouders, vakbondsbestuurders en werkgevers.

    Drie nieuwe landelijke instanties
    Er komen volgens het akkoord drie nieuwe landelijke instanties: het UWV fuseert met het CIZ voor objectieve keuring van arbeidsgeschiktheid. Er komt een landelijke organisatie voor het doelmatig en rechtmatig verzorgen van uitkeringen. En er komt er een nog niet nader omschreven landelijke organisatie die toetst. Het kabinet werkt deze voorstellen samen met de VNG verder uit.

    Twee bemiddelingsorganisaties in de regio’s: Werkpleinen en Werkbedrijven
    Binnen de arbeidsmarktregio’s ontstaan twee bemiddelingsorganisaties: Werkpleinen (van werk naar werk, sectorafspraken) voor de WW, WWB en NUGgers-doelgroepen, en voor alle mensen met een functiebeperking komen er Werkbedrijven.

    De landelijke keuringsinstelling , ontstaan uit de fusie tussen UWV en CIZ, indiceert welk type werk geschikt is. De indicatie is direct van invloed op de hoogte van de uitkering en eventuele loonaanvulling.
    Diegene die instroomt in het werkbedrijf wordt in eerste instantie, voorafgaand aan definitieve plaatsing, betaald op (bijstands-) uitkeringsniveau. Binnen het werkbedrijf wordt de loonwaarde bepaald waarna definitieve plaatsing volgt.

    De nieuwe wetgeving voor werken met een functiebeperking (beschut, gedetacheerd bij reguliere werkgevers, en reguliere banen met begeleiding) moet ingaan per 1 januari 2015.

    Wat zijn nu de belangrijkste wijzigingen waarmee de gemeenten rekening mee moeten houden?
    Vertrekpunt in het sociaal akkoord is een onderscheid tussen werknemersverzekeringen (loongerelateerde uitkeringen), sociale voorzieningen (middelengetoetste uitkeringen) en volksverzekeringen. De WW wordt weer meer een verzekering tegen gevolgen werkloosheid, werk-naar-werkarrangementen,re-integratie en investering in mobiliteit tussen verschillende sectoren.
    Er zijn vier te onderscheiden groepen mensen met een beperking:

    BeantwoordenVerwijderen
  9. Duurzaam geen arbeidsvermogen. De uitkering wordt gebaseerd op de Wajong uitkering van 75% van het wettelijk minimumloon. De Wajong is vanaf 1 januari 2015 alleen nog toegankelijk voor mensen die volledig en duurzaam geen arbeidsvermogen hebben, met elke vijf jaar een herkeuring. Het zittende bestand wordt herkeurd. Indien arbeidsvermogen wordt vastgesteld, worden mensen naar het Werkbedrijf geleid om werk te vinden.
    Gedeeltelijk inzetbaren, niet zonder meer bij een reguliere werkgever vanwege een hoge mate van ondersteuning. Voor deze groep mensen wordt beschut werk georganiseerd in het Werkbedrijf. Er wordt nog steeds uitgegaan van 30.000 plaatsen landelijk. De beloning voor deze groep valt onder de gemeente-CAO. Mogelijk gaat de huidige SW-CAO op termijn naar een nieuwe CAO voor de Werkbedrijven, en kunnen SW-ers op basis van vrijwilligheid ‘overstappen’. In geval van detachering bij een reguliere werkgever geldt de CAO van het inlenende bedrijf. De overheid past via een loonkostensubsidie het verschil tussen de loonwaarde en het wettelijk minimumloon bij. Is het CAO-loon hoger, dan komt het verschil voor rekening van de werkgever. Vanaf 1 januari 2015 komt er geen nieuwe instroom in de WSW. Er vinden driejaarlijkse herkeuringen plaats om opnieuw de loonwaarde vast te stellen.
    Gedeeltelijk inzetbaren bij een reguliere werkgever. Voor deze groep betaalt de werkgever de loonwaarde, terwijl het Werkbedrijf de subsidie en de kosten voor administratie en begeleiding betaalt. De maximale loonkostensubsidie is 70% van het wettelijk minimumloon. Er vinden jaarlijks herkeuringen plaats Regulier werkenden worden betaald conform de bij de inlener geldende CAO. .
    Gedeeltelijk inzetbaren bij reguliere werkgevers maar nog zonder baan. Op basis van een CIZ/GGD indicatie vindt compensatie plaats voor de gevolgen van de kostendelersnorm voor mensen met een zorgbehoefte. Het gemeentefonds krijgt hiervoor structureel 100 miljoen euro per jaar.

    Budgetten: gemeenten ontvangen een totaalbudget voor WWB, SW en Wajong, en dragen van daaruit bij aan de exploitatie van het regionale Werkbedrijf:
    Er komt geen loondispensatieregeling.
    In de regelgeving wordt vastgelegd dat het Werkbedrijf evenredig aandacht besteedt aan relatief makkelijk en moeilijk bemiddelbaren.
    Het UWV gaat periodiek leerlingen in het speciaal onderwijs keuren op hun arbeidsmogelijkheden Het bedrijfsleven realiseert tot 2026 100.000 banen voor mensen met een beperking. De overheid 25.000 in tien jaar. In afwachting van de resultaten voert het kabinet geen quotumregeling in. Mogelijk wel als de resultaten tegenvallen.
    Er wordt 50 miljoen euro beschikbaar gesteld voor de bestrijding van jeugdwerkloosheid, waarvan de helft voor regionale projecten. De andere helft wordt ingezet voor het stimuleren van ‘langer leren’ Voor maatregelen om de werkgelegenheid voor ouderen te behouden komt in 2013 en 2014 in totaal 67 miljoen euro beschikbaar waarvoor het UWV een actieplan opstelt.

    Wat nu?
    De veranderingen hebben grote impact op gemeenten. Wij denken graag met u mee over wat voor u de gevolgen zijn van deze afspraken, de vorming van de Werkbedrijven, en de consequenties zijn voor uw lokale en regionale beleid. Neem gerust contact op met Dick van Maanen of Geert van Dijk.

    BeantwoordenVerwijderen